Status schip | Toegelaten |
Naam schip | Brigantijn |
VKSJ nummer | V1122 |
Varend erfgoed | Ja |
Type schip | Van de Stadt 34 |
Bouwwijze | karveel |
Ontwerper | E.G. van de Stadt |
Bouwer/werf | E.G. van de Stadt |
Bouwjaar | 1961 |
Romp vorm | S-spant |
Vorm van de kiel | doorgebouwd |
Minumum diepgang | 1.60 m m. |
Maximum diepgang | 1.60 m m. |
Vorm van de achtersteven | jachthek |
Positie van het roer/td> | doorgestoken, opgehangen aan kiel |
Tuigvorm | yawl |
Lengte over stevens | 10.25 m m. |
Breedte op de huid | 2.74 m m. |
Materiaal romp | hout |
Materiaal opbouw | hout |
Materiaal mast | hout |
Motor | binnenboord diesel |
Schroef type | vaste schroef 3-blads |
Waterverplaatsing | 5000 kg |
Waarvan ballast | 2000 kg |
Ballastmateriaal | gietijzer |
Kooktoestel | aanwezig |
Vaste_slaapplaatsen | aanwezig |
Thuishaven | Enkhuizen, Compagnieshaven |
Geschiedenis | Schip is in opdracht van de heer en mevrouw Wit ontworpen door E.G. van de Stadt. Door onvoldoende vertrouwen in het destijds nieuwe polyester, is besloten voor houtbouw. Eenvoudig interieur, met een kooi in het vooronder voor hun dochter. Rinus ten Wolde en Henk van Noort hebben beide aan het schip gewerkt (Henk vertelde mij dat hij als leerjongen destijds alle proppen in de romp heeft geplakt). Om zo weinig mogelijk trillingen in het schip te hebben is gekozen voor een Universal 4 cilinder benzinemotor met vaste tweeblad schroef. Het schip lag destijds bij vereniging het Y in Durgerdam of bij huize Wit in Oost Knollendam (ze woonden aan het water) Voor zover ik weet is er nooit heel erg veel mee gevaren. Mevrouw Wit gaf mij de indruk dat ze zeilen spannend vond en altijd blij was als het grootzeil weer gestreken werd. Na het overlijden van de heer Wit, ik meen in de jaren ’80, lag het schip bij Conyplex in Medemblik. Het schip is daar jaren in (regulier) onderhoud geweest, maar er werd niet meer mee gevaren. Ze werd elk jaar netje te water gelaten, en het ene jaar werd de romp gelakt, en het volgende jaar de opbouw. Hoewel ik indertijd zeer tevreden was met mijn Waarchip1010, kwam ik bij de werf terecht om te kijken naar een 8M, de Pinuccia. Daar werd mij gewezen op Brigantijn die daar inmiddels al een jaar of tien lag te wachten. Mevrouw Wit, die het schip na het overlijden van haar man aanvankelijk niet wilde verkopen, was de jaarlijks terugkerende kosten inmiddels beu en wilde het nu wel kwijt. Na proefvaart voor Medemblik (op het afgesproken tijdstip bleek het schip verdwenen, verkoper was gaan zeilen (‘kon het niet laten’)) besloten het schip te kopen. Ik heb schip in juni 1997 van haar gekocht, ‘mogen kopen’ is feitelijk een betere omschrijving. Sindsdien is de thuishaven Enkhuizen en zeilen we zoveel mogelijk weekenden. Het vaargebied is het IJsselmeer en Wadden en zijn inmiddels al zeer vele mooie tochten mee gemaakt. Naar moderne maatstaf, is het comfort aan boord beperkt, maar voor een gezin met twee tieners is het goed te doen. Het schip zeilt heerlijk rustig, is uiteraard niet meer de snelste, maar doet haar best. De yawl tuigage blijkt in de praktijk erg functioneel. In de wintermaanden ligt ze in een loods op een vloer met klinkers, geen beton, om uitdroging van de romp zoveel mogelijk te voorkomen (ernstig aanraden van Henk van Noort). De benzinemotor is vervangen door een 3GM3 Yanmar diesel met keerkoppeling, stuwdruklager en homokinetische koppeling naar de schroefas en vaste drieblad schroef. De originele benzinemotor is nog beschikbaar. De zeilen zijn vervangen door klassieke de Vries zeilen (origineel witte en bruine set ook nog steeds aanwezig). Mastbeslag is vervangen door rvs, en het teakdek is gerenoveerd. Het interieur is origineel, alleen is het vooronder uitgebreid met een dubbele kooi. Elke winter wordt het schip opnieuw gelakt. De romp is nog nooit kaal geweest, dus in feite nog de eerste laklaag. |