
Status schip | Toegelaten |
Naam schip | KRAGGENBURG |
VKSJ nummer | V1086 |
Varend erfgoed | Ja |
Type schip | SPRIETZEILCATSCHOENER |
Bouwwijze | karveel |
Ontwerper | J.P.G. THIEBOUT |
Ontwerp jaar | 1917 |
Bouwer/werf | J.P.G. THIEBOUT werf DE AMSTEL te OUDE AMSTEL |
Bouwjaar | 1917 |
Romp vorm | rondspant |
Maximum diepgang | 0.65 m. |
Breedte op de huid | 2.65m m. |
Toelatingsrapport | Download KRAGGENBURG |
Materiaal romp | hout |
Materiaal opbouw | hout |
Motor | binnenboord diesel |
Waarvan ballast | 650.00 |
Ballastmateriaal | gietijzer |
Kooktoestel | 1 |
Thuishaven | Langelille |
Geschiedenis | Met enige schroom en met eerbied beginnen we aan het rapport over de Kraggenburg. Er zal door velen al veel onderzoek zijn gepleegd en veel zal zijn neergedaald in diverse boeken. Van Van Kampen tot Spits. Het is aan te bevelen deze werken eens na te slaan. De ontwerper, de heer Thiebout, stammend uit de 19e eeuw, kan worden gekenschetst als een retromoderniserende scheepsarchitect. Hij was geen vernieuwer, maar maakte in zijn heden gebruik van technieken en vormen uit het verleden. Thiebout was een veel doener, Scheepsarchitect met een heel breed oeuvre, maar ook scheepsbouwer en werfeigenaar (Bootbouwerij De Amstel, Firma Baay en Thiebout. 1903- 1908. Toen zonderde Baay zich af Thiebout ging verder met met de N.V. Werf ‘De Amstel”. Deze werf werd in 1921 gesloten. Hij was een bekend ontwerper en bouwer van motorjachten in Nederland. Eigenlijk was hij de C.G. Petterson van Nederland. Zie de website van De Oude Glorie. Thiebout tekende zijn motorboten rond de Thorneycroft motoren, waar hij de importeur was voor Nederland. Geïnteresseerden kunnen ook terecht bij het Maritiem Museum Rotterdam, waar een prachtige collectie van zijn bouwtekeningen van allerlei vaartuigen te vinden is. Thiebout was ook een gekend ontwerper van ronde en platbodem jachten. Kortheidshalve zij verwezen naar de website van de SSRP. Tenslotte komen we zijn schepen tegen op de schepenlijst van de VKSJ. Allereerst is er de Mees Toxopeus, een veel groter ontwerp, in staal gebouwd, met midzwaard en de zelfde lijnen als de Kraggenburg, vandaar de veronderstelling dat ze origineel ook een midzwaard had. Ook vinden we de Fergus een ander zeejol ontwerp van Thiebout, gebouwd bij Kroes in Kampen. Om wat exacter te zijn, één van de eerste Kroesboten, gebouwd voor de heer Kroes himself. De Fergus heette toen Annie. De eerste vakantie ging niet verder dan de kade van Kampen, waar iemand de Annie wilde kopen. Daarmee kom ik op een volgende rol die de heer Thiebout vervulde: Hij leerde de jonge Gait Kroes de fijne kneepjes van scheepstekenen. Gait Kroes was overigens één van de eigenaren van de Kraggenburg. Bijgevolg is de Kraggenburg een heel bijzondere Nederlandse klassieker! De vormgeving is in hoge mate geënt op de belijning van Hollandse jachtjes uit de voorgaande eeuw: de volle kop in combinatie met het rondspant en de invallende boorden (tumblehome) die je ook zag bij vissersboten die netten over de zijboorden moesten kunnen binnen halen. Aan de volle kop voegde hij een hoofdspant toe dat voor de halve waterlijnlengte was gepositioneerd naar achteren toe uitlopend in een verfijnd geveegde kont met een elagante hartvormige spiegel, mat aangehangen roer. Zo lezend denk je meteen aan de staverse jol, maar ook aan de Galway Hooker, kleine maar bruikbare vissers bootjes. Meteen realiseer je je dan dat de genen van de Kraggenburg dichter bij huis in Nederland moeten liggen: In de kubboot, de bijboot van botters. Op zoek naar info over de Kraggenburg vind je ook de kubboot, in dit geval de Eva. uit 1910 en de Zeeslang, een voorloper van de Kraggenburg, een tweemast cat zeejol. De Eva was aanvankelijk uitgerust met zwaarden, in tegenstelling tot de staverse jol. De Kraggenburg heeft van meet af aan een midzwaard gehad, dat is duidelijk, ook zonder de oude foto die we tegenkwamen op de Blog van de Eva. Wel heeft ze ergens in haar leven kimkielen opgedaan! Natuurlijk excellent voor het droogvallen op het wad, maar natuurlijk een killer voor de zeilprestaties en een soort van modernisme dat niet in Thiebouts repertoire past. De huidige eigenaar heeft o.i. het juiste besluit genomen, de kielconfiguratie weer terug te brengen in de originele staat. Een midzwaard. Voor sommigen een obstakel in de kajuit, maar voor anderen een mooie basis voor de kajuittafel. De ruime vrijboordhoogte van de Kraggenburg biedt o.i. voldoende ruimte voor het zwaard. Dat op zich zelf ook weer ruimte geeft aan goede zeil prestaties! Wat wil je nog meer? Droogvallen kan immers ook met een tweetal stutpalen. Onder de dtootrand is ngenoeg plek voor zo’n voorziening. (Zie Wooden Boat nr……) De Kraggenburg heeft overigens een ideale eigenaar gevonden, dol op houten schepen en het onderhoud daarvan! Kennelijk ook in het bezit van de vaardigheden en de energie dit ook te realiseren.D e Kraggenburg is het meer dan waard. Opvallend is dat de dek indeling niet alleen bijzonder is, maar ook uiterst actueel. In sloepenland zie je in het hogere segment inmiddels ook sloepen met een lage opbouw in het voorste stuk van de boot en een ruime kuip in het achterste deel. Jammer genoeg worden die (Jan van Genten) vervolgens uitgerust met een motor van enkele honderden pk’s en een grote horizontale plaat onder de kont en komen ze op een stille zomerzondagmiddag met 50 km per uur langs gescheurd bij de Sociëteit van/op de Kaag en dat alles dan onder een OVERMAATS Nederlandse vlag, die bij lagere snelheid door het water sleurt. Dat staat natuurlijk haaks op enig historisch besef en vooral op het fatsoen van de beide heren Van Kampen en Thiebout, die zich in hun graf zouden omdraaien, zouden ze dit horen. Terug naar de Kraggenburg, in wezen een sprietzeilschoener. Ze is uitgerust met een uitzetbare (boeg)spriet, waarop ze een halfwinder kan voeren. De sprietzeilen worden met een losse voet gevaren, geen giek dus. De schoot van het grootzeil loop over een overloop bij de spiegel, terwijl de schoot van het schoenerzeil, als een fokkeschoot wordt gevoerd. De sprieten zijn dun, licht en heel stijl gesteld. Het bovenlijk van de zeilen is redelijk bescheiden. Eigenlijk is de vorm van de zeilen te vergelijken met de huidige wedstrijdzeilen met de uitgebouwde toplat. Met name bij wat hogere koersen dan de bakstagwind is dat tuig heel effectief. Onderzoek naar de effectiviteit van diverse zeilvormen heeft aangetoond dat de verhouding investering `effectiviteit voor de sprietzeilen het gunstigst is. Pal voor de wind kan het tuig van de Kraggenburg goed gevlinderd worden. Mogelijk zou in dat geval de stutpalen voor het droogvallen als uithouder kunnen worden ingezet. Dan is gelijk de noodzaak van de kimkielen verdwenen en vergeten! Het sprietzeil, met de lichte stijl getuigde sprieten is zeer snel in te nemen en op te binden. Gemak dient de eenzame schipper. Al met al is de Kraggenburg een prachtig voorbeeld van een samenstel van retrovernieuwing van de hand van de heer Thiebout. Met deze aanmelding kan de VKSJ alleen maar gelukkig zijn. Een nieuw lidschip van 100 jaar oud, waarvan de originaliteit uit de naden ‘druipt’. |